A. Cuyvers
Nederland besloot in juli 2008 iedereen met de Iraanse nationaliteit de toegang tot bepaalde locaties te ontzeggen en uit te sluiten van negen ‘gevoelige’ studieonderdelen waarbij nucleaire kennis kan worden overgedragen. Een maatregel die natuurlijk een symfonie aan juridische en morele alarmbellen doet afgaan. Maar ook een maatregel die uitvoering gaf aan het ‘hogere’ VN- en EU-recht en het niet onbelangrijke doel had om te voorkomen dat het regime in Teheran ooit de beschikking zou krijgen over een bom. Enkele Iraanse studenten en wetenschappers vochten deze uitsluiting aan bij de Rechtbank Den Haag. De uitspraak van de rechtbank vormt het uitgangspunt van deze bijdrage, die verder ingaat op drie centrale vragen die deze zaak oproept.
Verdieping | Verdiepend artikel
november 2010
AA20100771