anti-democratische organisaties

Toont alle 2 resultaten

Artikel 140 Sr. en de verboden organisatie

Nawoord op bovenstaande reactie

B. Oosting

Reactie van Bert Oosting op kritiek die Inge Zuurendonk leverde op zijn artikel. Zuurendonk uitte haar zorgen over het oneigenlijke gebruik van artikel 140 lid 1 Sr. X vindt echter niet dat art. 140 uit de strafwet moet verdwijnen. Hij zet verschillende voordelen van art. 140 uiteen. Zo is dit artikel van groot nut in de bestrijding van fraude en de georganiseerde misdaad.

Verdieping | Studentartikel
januari 1989
AA19890015

Reaktie op: Het recht van vereniging en de ‘anti-democratische’ organisatie

I. Zuurendonk

In Ars Aequi van juni 1988 verscheen een artikel van de hand van Bert Oosting: Het recht van vereniging en de 'anti-democratische' organisatie.'Oosting bespreekt hierin de mogelijkheid tot 'juridische bestrijding' van 'anti-democratische' organisaties en de wenselijkheid de artikelen 15 Boek 2 BW en 140 lid I Sr ten behoeve van dit doel te wijzigen.Oosting komt tot de conclusie dat de voorgestelde wijzigingen zoals geformuleerd in wetsvoorstel 17 4762 een 'efficiënt en noodzakelijk middel zijn in de strijd tegen "anti-democratische" organisaties'.In de praktijk wordt artikel 140 lid 1 Sr echter vooral gebruikt in fraudezaken, uitleveringszaken, en tegen krakers, en niet tegen racistische organisaties.In deze reactie gaat Zuurendonk wat nader in op artikel 140 lid 1 Sr. Onder andere de jurisprudentiële invulling van 'oogmerk van een rechtspersoon', 'deelneming aan een rechtspersoonn' en 'rechtspersoon' aan bod.

Verdieping | Studentartikel
januari 1989
AA19890011

Toont alle 2 resultaten