R.S. Meijer
Volgens de Hoge Raad vormt schending van de zorgvuldigheidsplicht door een advocaat, indien niet hijzelf maar zijn kantoor de contractspartij is, naast wanprestatie van dat kantoor, steeds een eigen onrechtmatige daad van die advocaat jegens de cliënt. Deze opinie bestrijdt die nieuwe regel als dogmatisch dubieus, praktisch problematisch en sociaal onwenselijk.
Opinie | Opiniërend artikel
juni 2016
AA20160441