R. van Schoonhoven
Er is flink wat beweging rond artikel 23 Grondwet. Zo komt de wetgever recent tot nieuwe invullingen van de bescherming die bijzondere scholen toekomt op basis van de ‘vrijheid van richting’. En er gaan stemmen op om het ‘recht op onderwijs’ van leerlingen en studenten onder te brengen in het artikel, daar waar claims op dat recht nu nog vooral worden gebaseerd op het EVRM. In deze bijdrage zet ik beide tendensen uiteen en geef ik aan dat er een opdracht ligt voor het constitutioneel onderwijsrecht om te komen met antwoorden op nieuwe vragen.
Verdieping | Verdiepend artikel
november 2021
AA20211001