J.G. Brouwer, L.M. Bruijn, J. Koornstra, B. Roorda, A.E. Schilder
De rechter moet volgens de wet rechtspreken. Aan de wet liggen immers democratisch tot stand gekomen keuzes ten grondslag. Is de wet onduidelijk, dan kan de bedoeling van de wetgever worden achterhaald in de totstandkomingsgeschiedenis. Met behulp van een selectief gebruik van de parlementaire geschiedenis legitimeert de rechter evenwel ook regelmatig door hemzelf gewenste maatschappelijke uitkomsten. Die praktijk is niet zonder bedenkingen, zeker niet wanneer daardoor individuele vrijheidsrechten in de verdrukking komen.
februari 2020
AA20200161