Resultaat 1–12 van de 14 resultaten wordt getoond

Bestuur en burgerlijke rechter III

Competentie en procedure

E.M.H. Hirsch Ballin

Derde artikel in de reeks van jurisprudentieoverzichten waarin de verhouding tussen burgerlijk recht en bestuursrecht aan de orde komt. In dit artikel wordt aan de hand van (recente) jurisprudentie besproken hoe het zit met de competentieverdeling tussen de burgerlijke rechter en de bestuursrechter.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1988
AA19880263

De verzwegen doorlating

Y. Buruma

Hoge Raad 4 februari 1997, nr. 104502, ECLI:NL:HR:1997:ZD0632, NJ 1997, 308 m.nt. Sch. DD 97.149 In deze zaak gaat het om ontkenning van doorlating. De doorlating werd aan de kant van de recherche ontkent om op deze manier de rechterlijke toetsing te frustreren. In de noot wordt uitgebreid ingegaan op de problematiek rondom de doorlating en wordt verwezen naar veel jurisprudentie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1997
AA19970612

Een deur moet open of dicht zijn

A. Meijer, I. Reuder

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op hoe een advocaat moet handelen op processuele gebieden die nog niet helemaal zijn uitgekristalliseerd. In het artikel wordt aansluiting gezocht bij een arrest waarin uit de mening van de Hoge Raad blijkt dat er voor het aannemen van een beroepsfout bij een advocaat door de advocaat onderzoek dient te zijn gedaan naar het mogelijk niet-ontvankelijk verklaren van een verzoekschrift door de literatuur en jurisprudentie te onderzoeken.

Opinie | Redactioneel
april 1992
AA19920196

Het OM gestraft, de verdachte beloond?

J.A. Bomhoff, B. Degelink

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op de sanctie van niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie bij ernstige schending van rechten van de verdachte en schending van het wettelijk systeem bij strafzaken. De redactieleden betogen dat deze niet-ontvankelijkheid echter niet te snel moet worden ingezet om het openbaar ministerie te sanctioneren bij onrechtmatig handelen.

Opinie | Redactioneel
juli 2001
AA20010525

Het Zwolsman-arrest vanuit rechtsvormend perspectief: de opkomst van de moreel-ethische dimensie van de (niet-)ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging wegens onbehoorlijk overheidsoptreden

Rode Draad

G.G.J. Knoops

Hoge Raad 19 december 1995, nr. 101.269, ECLI:NL:HR:1995:ZD0328 (Zwolsman) In het bekende Zwolsman-arrest doet de Hoge Raad uit de doeken voor welke onderzoekshandelingen van het OM een wettelijke grondslag vereist is, wanneer er inbreuk wordt gemaakt op het privacy-recht, sancties bij onbehoorlijk optreden en de rechterlijke controle. Knoops legt uit hoe er in dit arrest sprake is van rechtsvorming in het strafrecht.

Annotaties en wetgeving | Annotatie | Overig | Rode draad | Raad en daad
mei 2005
AA20050386

Internationaal privaatrecht: forumkeuze voor een buitenlandse rechter

Th.M. de Boer

Hoge Raad 28 oktober 1988, nr. 13860, ECLI:NL:HR:1988:AD0496, RvdW 1988, nr 183 (Harvest Trader) Arrest van de Hoge Raad dat is uitgesproken nadat er cassatie in belang der wet is ingesteld en waarin de internationale forumkeuze centraal staat. De Hoge Raad oordeelt dat in geval in een overeenkomst tussen partijen is vastgelegd dat zij een buitenlandse rechter exclusief bevoegd verklaren in zaken die ter vrije bepaling van partijen staat de Nederlandse rechter zich onbevoegd dient te verklaren en niet, zoals de voorheen gehuldigde opvatting, de partijen niet-ontvankelijk dient te verklaren. In de noot wordt op deze problematiek ingegaan en wordt de internationale forumkeuze besproken aan de hand van eerdere jurisprudentie en literatuur. Ook komt de relatieve en absolute competentie aan de orde en de verhouding daarbij in internationale zaken. Tenslotte wordt het verschil tussen niet-ontvankelijkheid en onbevoegdheid van de rechter besproken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1989
AA19890206

Kan het OM in Cassatie voor de belangen van de beledigde partij opkomen?

D.H. de Jong

Hoge Raad 19 mei 1987, nr. 81282, NJ 1988, 316, ECLI:NL:HR:1987:AC9833 Arrest en annotatie behorende bij de rode draad 'slachtoffers van delicten'. In dit arrest staat de vraag centraal of het openbaar ministerie in het belang van de beledigde partij opkomen in cassatie. De Hoge Raad komt tot de uitspraak dat de P-G niet-ontvankelijk is aangezien deze geen partij is als beledigde partij. In de korte annotatie bij dit arrest komt deze problematiek verder aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Annotatie | Overig | Rode draad | Slachtoffers van delicten
juni 1989
AA19890593

juni 1989

Katern 31: Burgerlijk procesrecht

R.J.C. Flach, G.R. Rutgers

september 1989

Katern 32: Burgerlijk procesrecht

R.J.C. Flach, J.W. Rutgers

december 1994

Katern 53: Vreemdelingenrecht

Th. Holterman

december 1996

Katern 61: Mensenrechten

C. Flinterman, J. Gutter

juni 2006

Katern 99: Bouwrecht

E.M. Bruggeman

Resultaat 1–12 van de 14 resultaten wordt getoond